In Breda en omstreken is de naam Hennekam een begrip in de kaashandel. Wat begon als een kleine kruidenierswinkel is nu een familiebedrijf dat al vier generaties standhoudt. Robin Hennekam (30) is inmiddels de vierde generatie. Aan Breda Business & Lifestyle vertelt hij hoe zijn familie het kaasvak heeft grootgemaakt.
Tekst: Marsha Paans
De ‘roots’ van het familiebedrijf
“Ons familiebedrijf Hennekam heeft zijn wortels diep in de jaren 30, en het begon allemaal bij mijn overgrootmoeder”, vertelt Robin. “Ze was een vrouw die haar tijd ver vooruit was. In een periode waarin vrouwen meestal niet eens een bedrijf runden, had zij een kruidenierswinkel op de Kloosterlaan in Breda. Twee dagen per week stond ze op de markt met kaas, en die kaas vervoerde ze – zoals dat toen ging – op de bakfiets. Ze deed het allemaal zelf. Al snel werden de markten een groot succes, wat mijn overgrootmoeder ertoe bracht de kruidenierswinkel te verpachten en zich volledig op de markt te richten. Daarnaast leverde ze kaas bij klanten aan huis.
Mijn overgrootvader was niet echt een ondernemer. Hij bleef het liefst thuis, en zijn vrouw was degene met de plannen. Ze kocht zelfs panden op, terwijl vrouwen destijds niet eens een bod mochten doen bij veilingen. ‘We moeten stenen kopen’. Dat was haar ambitie. Dus stuurde ze mijn overgrootvader naar het café om voor haar te bieden. Soms liet hij een pand op 100 gulden schieten en dan bleef hij tot laat in de avond rondjes geven in het café.”
De overname door mijn opa
“Na de oorlog nam mijn opa de kaashandel over. Hij was toen begin twintig en vol plannen. In de jaren 50 ging hij officieel van start op de Grote Markt, onder de naam “De Vitaminebron”. Kaas werd steeds populairder, en mijn opa speelde daar goed op in. Wat begon met een paar dagen in de week op de markt, groeide al snel uit tot een bloeiende onderneming. Mijn opa begon nog op de bakfiets, net als zijn moeder, maar al gauw kwamen de eerste busjes in beeld. Dat maakte het mogelijk om grotere partijen kaas te vervoeren, en dat was hard nodig.
Mijn opa startte samen met zijn twee broers met het inkopen van kaas”, legt Robin uit. De broers reden regelmatig naar plaatsen zoals Bodegraven en Woerden om kazen in te kopen, waarbij ze specifiek letten op de kwaliteit en rijpheid van de kaas. Ze kochten jong belegen en oude kazen in, maar na een tijdje kwamen ze tot de conclusie dat ze die beter zelf konden laten rijpen. Dat deden we eerst in een paar kleine pakhuizen achter de kruidenierswinkel van mijn overgrootmoeder. Daar lagen de kazen opgestapeld en werden ze met zorg behandeld om de perfecte rijping te krijgen. Hij had al snel door dat het goed rijpen van kaas leidde tot een betere smaak.
De jaren 50 en 60 waren een bloeiperiode voor ons. Mijn opa stond midden op de Grote Markt, met zijn kraam in het hart van Breda. Hij wist de klanten voor zich te winnen, en onze naam werd steeds bekender. Mensen kwamen speciaal voor de kaas van ‘De Vitaminebron’ – in de volksmond beter bekend als kaas van Hennekam. Achteraf gezien legde hij toen al de basis van hoe wij nu nog steeds werken: hard, eerlijk, met een focus op kwaliteit.”
De grote stappen die mijn vader zette
“Mijn vader wilde al kaasboer worden toen hij een jaar of tien was”, gaat Robin verder. “Hij stond altijd op de markt; voor en na schooltijd was hij er vaak te vinden. Hij hielp mee en leerde alles van mijn opa. Mijn vader nam de zaak over toen mijn opa op zijn vijftigste een beroerte kreeg”, legt Robin Hennekam uit. “Vanaf dat moment moest hij eigenlijk fulltime aan de slag.”
Ondanks de druk, wist Robins vader het bedrijf verder uit te bouwen. “Hij werkte keihard, elke dag weer”, zegt Robin trots. “In die tijd veranderde er veel binnen de markt en het bedrijf. Hij bouwde een mooie klantenkring op naast de markt, waar hij begon met het leveren van kaas. Van restaurants tot zorginstellingen – iedereen genoot van de kaas van Hennekam.”
Robins vader had altijd een duidelijk idee van wat hij wilde met het bedrijf. “Hij stond erop dat de kwaliteit altijd goed moest zijn”, zegt Robin. “Mijn vader hield niet van half werk. Hij wist precies wat hij wilde, en dat moest gebeuren. Hij werkte jarenlang keihard om het familiebedrijf te laten groeien, en het resultaat was duidelijk terug te zien. Toen mijn vader de leiding overnam, stonden we nog op een kraampje van vier meter. Tegen de tijd dat ik erbij kwam, was dat al uitgebreid naar zes meter, en uiteindelijk naar acht meter met twee kramen.”
De groei van de zaak onder Robin
Robin kwam zelf later in het bedrijf, maar vanaf het moment dat hij echt aan boord kwam, ging het hard. “Sinds ik erbij ben gekomen, hebben we nóg meer stappen kunnen zetten”, laat hij bescheiden weten. “We hebben inmiddels twee verkoopwagens en hebben recent een tweede loods aangeschaft voor de opslag.”
Maar het gaat Robin niet alleen om de cijfers. Het werken op de markt is wat het voor hem zo leuk maakt. “Het toffe aan de markt is dat je er gewoon altijd vol tegenaan moet. Op zaterdagen gaat de klep van de verkoopwagen om half tien open, en de eerste klanten staan dan al te wachten. Soms heb je wel vijftien mensen in de rij, dan moet je echt flink doorwerken. Dit geldt eigenlijk voor alle dagen – boodschappen doen op de markt is nog steeds populair.”
Robin geniet van het harde werken, maar ook van de interactie met de klanten. “Het is gewoon mooi werk. Je ziet direct resultaat van wat je doet, en je hebt altijd even een praatje met mensen. Veel van onze klanten komen al jaren bij ons en sommigen kennen mijn opa nog. En sommigen rijden zelfs helemaal uit België om hun kaas bij ons te halen. Dat zegt toch wel iets over ons product.”
De veranderingen in de kaasmarkt
De kaashandel is in de loop der jaren flink veranderd. Waar vroeger vooral jong belegen en oude kaas verkocht werden, is het assortiment tegenwoordig veel uitgebreider. “Je hebt nu zoveel soorten”, zegt Robin. “We rijpen nog steeds onze eigen kazen zelf, maar we kopen ook veel bij omdat de vraag zo groot is. Mensen willen tegenwoordig echt alles proberen: denk bijvoorbeeld aan truffelkaas en kaas met pesto.”
Naast de verandering in het aanbod, merkt Robin ook dat de concurrentie toeneemt. “Er zijn de laatste jaren veel kaasboutiques en delicatessenwinkels bijgekomen. Tuurlijk merk je dat, maar we geloven in de smaak en kwaliteit van onze eigen kaas en wij blijven gewoon ons ding doen.”
De toekomst van de kaashandel Hennekam
Wat de toekomst brengt voor de familiezaak, weet Robin nog niet precies. “Kijk, we staan nu op veel markten en hebben daar vaste plekken, met een klantenbestand van zo’n 1500 wekelijks terugkerende klanten. Dat is fijn, want daar komt niet zomaar een concurrent bij. Aan de andere kant wil je natuurlijk ook groeien. Maar juist omdat er zo weinig plekken op de markt zijn, moet je wachten tot iemand met pensioen gaat, of je moet een plek van iemand kunnen overnemen. Een van de plannen is bijvoorbeeld om een notenkraam toe te voegen aan ons aanbod, naast het vaste assortiment van kaas. Dat onze kern blijft.”
Ook online liggen er kansen. “We hebben een webshop, maar daar doen we nu te weinig mee”, geeft Robin toe. “Mijn vriendin ziet er wel wat in. Zij heeft naast haar kledingwinkels ook een webshop en die loopt goed. Maar ja, ik ben niet zo van het werk achter de schermen. Ik ben meer van de markt en het face-to-facecontact.”
Hoewel Robin kansen ziet in de online verkoop, ligt zijn hart nog steeds bij de markt. “Op de markt heb je direct contact met je klanten. Dat is het leuke eraan. Je hebt een praatje, je ziet mensen blij vertrekken met een stuk kaas. Dat heb je online minder. Dan pak je een doosje in en verstuur je het, maar je hoort niet meteen terug hoe ze de kaas vinden. Het is gewoon minder persoonlijk.”
Passie voor het vak
“Mijn vader werkt nog steeds mee. Hij doet vooral het onderhoud en staat op zaterdag nog op de markt in Oosterhout. We doen veel samen, van de inkoop tot het bespreken van nieuwe producten.”
Voor Robin zit er veel trots in het voortzetten van de familietraditie. “We staan nu al vier generaties op de markt. Dat is toch wel iets bijzonders. En als je dan klanten hebt die al sinds de tijd van mijn opa bij ons kopen, dan weet je dat je iets goed doet.”
Een familie vol ondernemers
“Mijn broer koos een andere richting. Waar ik me volledig heb gestort op de kaashandel, heeft hij een succesvolle beddenwinkel: Beddorama. Zijn winkel is gevestigd in Made, een dorp vlakbij Breda, en hij heeft zich gespecialiseerd in kwaliteitsbedden en slaapcomfort. Hoewel hij ooit twijfelde over welke richting hij op wilde, heeft hij inmiddels een bloeiende zaak opgebouwd die een begrip in de regio geworden is.
Ook mijn vriendin heeft een ondernemershart”, vertelt hij trots. “Ze runt twee succesvolle kledingwinkels, één in Breda en één Berkel-Enschot. Daarnaast heeft ze een webshop waar ze haar kledingcollecties online aanbiedt. Ze heeft een scherp gevoel voor mode en weet precies wat haar klanten willen.
Daarnaast is ook mijn zus ondernemend: zij startte een aantal jaar geleden samen met haar man ‘Het Witte Huis’, een horecazaak in Drimmelen. Naast de horecazaak verhuren ze sloepen en hebben ze een gezellige borrelplek gecreëerd waar bezoekers na het varen kunnen genieten van een drankje. Inmiddels runt mijn zus ook een hotel met 43 kamers. Zelfs mijn schoonouders, ooms en tantes zijn zelfstandige ondernemers. Voor ons is dit de normaalste zaak van de wereld, maar voor anderen misschien bijzonder. Het ondernemerschap is ons echt met de paplepel ingegoten.”
Hij glimlacht als hij aan zijn oma denkt. “Een van haar laatste woorden waren heel wijs. Ze zei: ‘Mensen zullen altijd kaas blijven eten. En zolang er vraag naar kaas is, zullen wij er voor hen zijn.’” Daarmee sluit Robin zijn verhaal af.
—
Familie Hennekam
Benieuwd naar de ondernemingen van de familie? Neem eens een kijkje op hun website of ga eens bij ze langs. Nét zo gezellig.
—
Dit is een artikel uit Breda Business & Lifestyle #16. Lees het volledige magazine hier.
